Cicada 3301, there's a lot of mystery about these enigmatic, complex online puzzles; about the persons who created these; what their intentions are; the anonymous people who solved the puzzles etc. etc.
.
Something different; this music from Sergei Prokovief (favorite composer); the story from Peter and the wolf just 'popped up', listened to it as a child, it was a real scary thriller for me in those times, in a way it still is... (The last time I heard it, many years ago, was when I attended a performance with Michael Pas as the narrator)
In this story, Peter saves the bird from the cat and the greedy wolf and catches the wolf... ( The duck wasn't that fortunate).
China doet precies hetzelfde en stuurt ze richting Japan, waarmee orkanen als wapens het strijdtoneel voorgoed hebben betreden.
Voor doorsnee mainstream mensen klinkt geo-engineering oftewel weermanipulatie als een soort science fiction sprookje. Want alleen Gerrit Hiemstra weet wat het weer gaat brengen toch?
De waarheid is zoals gewoonlijk iets anders en het manipuleren van het weer als een wapen is al langere tijd aan de gang. Zo beschuldigde Iran enkele jaren geleden Israël van het stelen van haar wolken, waarover wij toen het volgende schreven:
Iran heeft te lijden onder hoge temperaturen en ongekende droogte en dit alles zou volgens een aantal Iraanse bronnen absoluut geen toeval zijn.
Op sociale media wordt uiteraard flink de draak gestoken met deze bewering, maar het is niet nieuw, want al sinds 2012 roept Iran dat haar weer wordt gemanipuleerd.
Eerder deze week beschuldigde het hoofd van de Iraanse Burger Defensie, Israël van het stelen van haar wolken en sneeuw.
Dit hoofd, Brigadier Generaal Gholam Reza Jalali, veroordeelde Israël voor de extreme droogte in het land en zegt ervan overtuigd te zijn dat Iran slachtoffer is geworden van de Joodse staat die haar regen heeft gestolen.
Jalali zegt dat Iraanse wetenschappelijke instituten hebben bevestigd dat buitenlandse entiteiten een heel belangrijke rol hebben gespeeld in het manipuleren van de weerpatronen in het land. En verder dat Israël en een ander land uit de regio teams hebben die gezamenlijk opereren en ervoor zorgen dat die wolken die Iran wél bereiken niet in staat zijn om regen los te laten.
De Iraanse nieuwsdienst van studenten zegt dat een recent uitgevoerd wetenschappelijk onderzoek aantoont dat de beschuldigingen van Jalili niet zomaar uit de lucht zijn gegrepen.
Ook Jalili verwijst naar een wetenschappelijk onderzoek die zijn claims ondersteunen. Dit onderzoek bestudeerde onder andere vier jaar lang het weer op grote hoogte van Afghanistan tot aan het Middellandse Zeegebied. Daaruit bleek dat op alle hoogtes in dat gebied boven 2.200 meter een dikke laag sneeuw ligt, behalve in Iran.
Dat deze constatering geen verbeelding is blijkt uit wat Dane Wigington hieronder vertelt in een interview met Greg Hunter. Als er iemand een specialist is op het gebied van geo-engineering dan is het wel Dane Wigington van de website geoengineeringwatch.org
Dane zegt dat ze bewijs hebben dat orkaan Dorian wordt gestuurd door het Amerikaanse leger. En dan bedoelt hij met sturen dat wat je ook doet met het besturen van een auto. Dat zij bepalen met welke snelheid die orkaan beweegt en waar naartoe. Er is bewijs in de vorm van microgolf transmissies die direct invloed uitoefenen op het gedrag van Dorian. Voor Dane Wigington en zijn collega’s is dit vrij gemakkelijk te herkennen want dit is uiteraard eerder gebeurd bij orkanen zoals Harvey.
Dane vertelt dat ze op zijn website onweerlegbaar bewijs leveren dat een orkaan zoals Dorian wordt aangestuurd en dat dit weinig te maken heeft met een natuurlijk proces.En er komt nu een vergelijkbaar verhaal van ufoloog Scott Waring.
Deze woont in het noorden van Taiwan en ook hij heeft vreemde dingen waargenomen voor wat betreft manipulatie van orkanen door China.
Ook daar hebben ze deze week te maken met een orkaan die ze daar overigens tyfoon noemen, en toen Scott kaarten bekeek op de weerradar ontdekte hij iets vreemds.
Hij keek op die kaarten omdat er een orkaan richting Taiwan trok en zag toen een soort straal die vanuit China richting orkaan schoot en precies het oog van de orkaan raakte.
De straal is duidelijk te zien op onderstaande afbeelding. De blauwe markering op de kaart is de plek waar Scott woont in Taiwan.
Scott zegt dat dit niet de eerste keer is dat zoiets gebeurt, maar dat er vreemde dingen aan de hand waren met de laatste zeven orkanen die richting Taiwan en China trokken.
Van het ene op het andere moment lijken die orkanen te stoppen, volledig stil te staan, om vervolgens van richting te veranderen, meestal richting Japan.
Gelukkig is Scott erin geslaagd om die stralen vanuit China vast te leggen op meerdere beelden die in onderstaande video zijn te zien. Hij zegt dat die stralen een soort microgolf laserstralen zijn zoals die door HAARP worden geproduceerd. Nu is HAARP van origine een Amerikaanse installatie, maar ongetwijfeld zullen de Chinezen ook iets dergelijks bezitten.
De onderstaande video is overtuigend bewijs dat er wordt gemanipuleerd. De enige vraag waar Scott nog geen antwoord op heeft is, of de orkaan alleen van richting wordt veranderd of dat ze deze ook zelf creëren.
Technisch gezien zijn beiden mogelijk, maar over het hoe en wat precies, blijven nog een aantal vragen onbeantwoord.
China houdt zich al jaren bezig met het manipuleren van het weer, getuige het volgende bericht uit 2016:China heeft ruim 25 miljoen euro vrijgemaakt om het weer te beïnvloeden en natuurrampen in de toekomst zo veel mogelijk te voorkomen. Het land kampt al weken met ernstige overstromingen in het zuiden en midden, die inmiddels aan 237 mensen het leven hebben gekost. Ruim negentig mensen in het getroffen gebied worden nog vermist.
Het ministerie van Financiën in Peking heeft de extra fondsen beschikbaar gesteld in reactie op de wateroverlast, en op de extreme droogte in het noordwesten van het land.
China maakt ook nu al gebruik van technologie om het weer te beïnvloeden. Zo worden er chemicaliën in de lucht verspreid om meer regen te laten vallen, en om hagelbuien, mist en vorst af te zwakken. Ook kan er helder weer worden gecreëerd door wolken op te lossen, zoals onder meer gebeurde tijdens de Olympische Zomerspelen in Peking in 2008. Ook voor de landbouw zijn de ingrepen in het weer van groot belang, aldus het ministerie van Financiën.
Kortom, naast de mainstream media is ook het weer niet meer te vertrouwen, beiden worden gemanipuleerd door mensen met niet zulke beste motieven.
Ook het academische bastion heeft een lange traditie van grensoverschrijdend gedrag. Saskia De Coster schreef een verhaal, geïnspireerd door eigen ervaringen en getuigenissen uit de sector.
Een onverwacht mailbericht van de doctoraatsstudente, zomaar in de mailbox van de emeritus professor. Eén zinnetje. Of hij gedachten heeft naar aanleiding van alle #MeToo-verhalen. Wat bezielt iemand om hem na jaren, hoeveel jaren precies zou hij moeten narekenen, een bericht te sturen?
Wat moet hij daarmee? Negeren.
Een paar dagen later volgt een tweede bericht. Drie woorden: 'Geen gedachten hierbij?' Een paar weken later een derde bericht. Ze vraagt zich af of de universiteit, die nu zijn pensioen uitbetaalt, zijn gedrag als professor goedkeurde. Als dat geen dreigement is. Wat als ze de aandacht gaat opzoeken, en haar versie van een incidentje naar buiten brengt? Ze heeft de tijdgeest mee. Paniek spreidt zich over hem uit.
Ze dwingt hem nu om stappen te zetten, de mug die blijft zoemen. Terwijl hij degene is die afgewezen is.
Zijn vrouw mag dit niet zien. Ze kijkt soms met een half oog mee naar zijn mails. Hij denkt ook aan zijn kinderen. De mailberichten alleen al zijn een inbreuk op zijn privacy. Hij trilt over zijn hele lijf. Hij zit in een volstrekt nieuw leven. Hij is gelukkig. Ze heeft het recht niet dat geluk aan diggelen te komen slaan, vanuit het niets.
Hij moet snel ingrijpen. Hoe blokkeer je iemand ook alweer? Die IT, nooit goed in geweest, nu wordt hij er dol van. En zal haar blokkeren een oplossing zijn? Straks spoort de gekkin zijn thuisadres op, en staat ze hier voor de deur en maken zijn vrouw of kinderen open. Dat moet hij tegen elke prijs vermijden.
Er moet een manier zijn om haar te laten zwijgen.
Zodra zijn vrouw en kinderen naar de supermarkt zijn, neemt hij de telefoon. Hij heeft niet zoveel woorden nodig. Zijn vriend, de advocaat, kan de situatie inschatten. Als studenten hebben ze samen wel wat avonturen beleefd.
'Een mug moet je verjagen voor ze je lek prikt', zegt de advocaat lachend. 'We zullen haar even laten nadenken voor ze de aandacht opzoekt.' Hij zal een brief schrijven, een aangetekende brief op handgeschept papier met de naam van zijn advocatenkantoor in het watermerk. 'Ik vind wel argumenten om haar geloofwaardigheid in twijfel te trekken.'
Na het telefoontje kan de professor weer een beetje ademhalen. Hij gaat achter in de tuin bij de composthoop staan, kijkt om zich heen. Besluit iets met zijn handen te doen, zich nuttig te maken voor het gezin. Hij zal de haag scheren.
Hij denkt aan de man die zijn leven en zijn carrière vormgegeven heeft, zijn voorbeeld, de grote, charmante, heldhaftige schrijver. Die noemde zichzelf de ridder die zich niet bekommert om de modder aan zijn schoenen. Akkoord, met de modder bedoelde hij de recensenten. De professor is ook een ridder. Hij heeft gevochten, alles zelf gedaan en nooit opgegeven. Student, assistent, keihard gewerkt, professor.
Zwoegend aan de haag overdenkt hij zijn academische carrière. De lange treinreizen naar de universiteit iedere week, de vergaderingen, steeds meer vergaderingen in de loop der jaren, de colleges, steeds meer gequoteerd, zijn appartementje vlak bij de campus, de saaie halve stokbroden als lunch. Maar hij denkt ook aan zijn vrijheid, zijn populariteit. Hij was een graag geziene professor. Niet al te streng, hij hield van een grapje en van de lossere, meer Noord-Nederlandse omgang. De deur van zijn kantoor stond altijd open, net als de bovenste knoopjes van zijn witte overhemd zonder das. Hij kwam soms in aanvaring met collega's maar bij zijn studenten en studentes was hij bijzonder geliefd.
En nu komt zij op de proppen. Een doctoraatsstudentje dat uit het niets de geschiedenis wil herschrijven. Als laatstejaarsstudente had ze een uitstekende paper geschreven, een analyse van een novelle van de schrijver. Hij was onder de indruk. Hij zag haar voor het eerst op de afstudeerproclamatie, want ze was nooit naar de les gekomen. Toen nodigde hij haar uit voor een gesprek en een eenvoudige lunch. Dat had hij beter niet gedaan.
Ze ging gretig op het aanbod in. De lunch was een bescheiden succes. Ze nam haar tijd, lachte om zijn grappen, hing aan zijn lippen. Hij bood haar een baan als doctoraatsstudente aan. Het is niet onbelangrijk dat het ook op persoonlijk vlak klikt tussen een professor en een assistent. Is dat verkeerd?
Hij had gedacht dat ze wat meer relaxed zou zijn. Ze bleef lachen om zijn grappen, ging mee uit lunchen als hij het vroeg, aanvaardde complimentjes. Ze liet het zich allemaal welgevallen, al loste ze vreemd genoeg niets over haar privéleven. Dat ze een slechte werkkracht was en zelf schrijvertje wilde spelen, dat had hij ook beter moeten inschatten. Hij zweet zich te pletter. Zijn vrouw en kinderen zijn nog steeds boodschappen aan het doen. Dat duurt vandaag wel erg lang. Kalm blijven. Ze zijn nog geen uur weg. Alles is normaal.
Straks noemt ze het nog een aanranding ook. Dat was het niet. Of een verkrachting. Hij is een man van taal, hij weet hoe wendbaar woorden zijn. Wendbaarder dan de verduivelde haagschaar in zijn handen in elk geval. Het was een vergissing, dat geeft hij toe. Na een van hun lunches, toen ze met zijn tweeën terug op het bureau waren, probeerde hij een volgende stap te zetten. Het werd niks, ze had er geen zin in. Zijn hartslag moet omlaag. In de keuken gaat hij een glas water drinken.
Hysterisch hoe ze toen reageerde. Met veel bravoure kondigde ze aan dat ze wilde vertrekken als doctoraatsstudente, maar hij kon niet zomaar iemand ontslaan. Het systeem liet het niet toe. Er was een contract getekend. Hij had veel stappen doorlopen om haar aan boord te hijsen. Veel onderzoeksresultaten had hij nog niet gezien.
Na weken van ziektebriefjes is ze aan zijn bureau gaan zitten. Hij heeft de ontslagpapieren getekend. Alles afgehandeld. Klaar. Dacht hij.
Was het dan nog niet genoeg? Wanneer houdt zoiets op? Ze dwingt hem nu om stappen te zetten, de mug die blijft zoemen. Terwijl hij degene is die afgewezen is, die in haar geïnvesteerd heeft en daar niets dan ellende voor heeft teruggekregen.
Als de haag helemaal geschoren is en zijn vrouw is nog niet terug, dan is er iets niet pluis. Zijn vrouw heeft het er af en toe wel over, hij en de studentes. Hij ontkent in alle toonaarden. Het is ook allemaal zo lang geleden. En hij viel nu eenmaal in de smaak. Alsof zij de enige was.
De prof heeft zich de afgelopen tijd al het hoofd gebroken over de vraag of er getuigen waren. Er was niemand in het kantoor, maar die andere assistent had de deur geopend en heeft misschien toch iets gemerkt. En zou ze met anderen gepraat hebben?
Wie weet zal hij zijn vriend, de advocaat, nog moeten betalen. Cash geld afhalen, zodat zijn vrouw niets merkt. Allemaal voor iets waar hij niets aan gehad heeft.
Een auto rijdt de oprit op. De motor gaat uit. Portieren openen en slaan dicht. Hij schrikt van het gejoel van zijn kinderen.
Later op de avond laat zijn vriend hem weten dat de brief verstuurd is. Vanaf zijn eigen mailaccount als advocaat, en ook per aangetekende brief. Hij verzekert de professor dat ze hem niet meer lastig zal vallen. Ze zal zwijgen.
In zijn nachtmerrie ziet de professor een leger van verongelijkte studentes oprukken.
De doctoraatsstudente
Ze denkt eerst dat het een vergissing is, die aangetekende brief van een advocaat. Is ze een verkeersboete vergeten te betalen? Is er een grote burenruzie aan de gang waar ze niets van weet? Krijgt ze een gigantische erfenis?
In de brief staat dat ze moet ophouden. Ze moet ophouden met professor X lastig te vallen, ze moet ophouden met professor X te belasteren. Sowieso, leest ze, is ze een totaal ongeloofwaardig persoon (vanuit die logica zou het toch niet uitmaken wat ze uitkraamt?). Met andere woorden: ze moet zwijgen of er zullen strafrechtelijke stappen volgen, staat er.
Ze schrikt zich rot.
Dat haar korte mailtjes zulke heftige en agressieve reactie zouden opleveren, van twee samenspannende mannen? Zij, naïef wicht, had het oprecht niet verwacht. In het beste geval was er een antwoordmail van de professor gekomen, zodat er een bescheiden dialoog kon ontstaan. De professor was geen bullebak. Ze had misschien gehoopt op voortschrijdend inzicht van hemzelf na al die jaren, net zoals zij het voorval nu ook pas kon plaatsen in een groter geheel.
De deur ging open. Ze was verbaasd dat erachter alles gewoon verderging. Alsof er een scene uit een film was geknipt.
Iedere vrouw heeft haar eigen geschiedenis eens herbekeken toen wereldwijd de #MeToo-bal aan het rollen ging. Van veel vriendinnen hoorde ze opeens dat ja, zij dus ook. Er werd begripvol geknikt boven koppen koffie, er kwamen harde verhalen naar boven bij bellen montepulciano, over twijfelachtige uitschuivers en onenightstands, over de rekbaarheid van wederzijdse instemming, er klonken vervloekingen van vieze venten. Iedere vrouw met een #MeToo-verhaal bracht het op haar manier naar buiten. Of hield het voor zich.
Zelf merkte ze in haar binnenste een steeds sterker rommelende onrust. Ze wilde de professor een signaal geven om er een terug te krijgen. Ze hoopte dat ook hij nu ten volle besefte dat hij naadloos in het rijtje #MeToo-overtreders paste, mannen die hun Machtspositie Fout en Grensoverschrijdend inzetten op de Arbeidsvloer. Het kaderde zijn gedrag en hun verhaal - bah, ze wil geen gemeenschappelijk verhaal - in een grotere plot waar de personages en de motieven eeuwenlang behoorlijk vast hadden gelegen. Die plot wordt nu opnieuw gelezen en geherinterpreteerd.
De professor zweeg. In plaats van zelf te antwoorden stuurt de schuldige, die zich in het nauw gedreven voelt, een dreigbrief via een advocaat, zonder ook maar de minste strafrechtelijke grond, weliswaar. Hoeveel duidelijker kon je in één klap schuld bekennen én je ook nog eens schuldig maken, aan typisch laf roofdiergedrag?
Ze probeert even voor zichzelf te reconstrueren wat er zoveel jaren geleden precies is gebeurd. De professor en zij deelden een liefde, de liefde voor het werk van de schrijver. De intellectuele verleidingsdans was vermoedelijk ingezet toen ze met een enthousiaste en doordachte paper kwam over een novelle van de teruggetrokken auteur. Ze was er zelf tevreden over, en zag dat nog eens bevestigd toen ze de paper terugkreeg met het maximum van de punten. Het verbaasde haar niet, al mag je dat als vrouw niet te luid zeggen. Enfin, haar intellectuele arbeid werd naar waarde geschat.
Al van bij het eerste contact genoot de professor er zichtbaar van om anekdotes over de grote schrijver op te diepen. Dichter bij de schrijver was zij nooit geweest. Of toch, één keertje toen ze als dwaze puber die cool wilde overkomen een pakje sigaretten liet signeren door haar grote, Camel rokende idool.
Tijdens hun kennismakingslunch ratelde de professor over hun gemeenschappelijke liefde. Het viel wel op dat hij nogal gefocust was op de amoureuze veroveringen van de mysterieuze, spaarzaam publicerende schrijver. Hij vertelde erover alsof het zijn eigen escapades waren, alsof hij zelf de bloedmooie diplomate op een schip versierd had, zelf mee aan tafel had gezeten met Che Guevara en een muze. Hij vertelde met een mimetische begeerte, in zijn gedroomde grote en meeslepende leven. Voor haar was de schrijver altijd een groot literair voorbeeld geweest, een elegante, geheimzinnige man die met slechts twee fabelachtige romans en één novelle internationale erkenning genoot. Gratis kreeg ze er nu een stroom verhaaltjes bij, uit de zoveelste hand.
De verhalen werden al snel aangevuld met charmant geflirt, dat haar ongemakkelijk in haar schulp deed kruipen. Op een avond stelde de professor voor om in zijn appartement nog iets te bespreken. Ze begreep niet goed waarom ze niet konden vergaderen in een van de vele leslokalen en wimpelde het af, met als excuus de treinuren. Sorry. Uiteindelijk kwam er een echte poging.
Het viel wel op dat hij nogal gefocust was op de amoureuze veroveringen van de mysterieuze, spaarzaam publicerende schrijver.
Ze deelde één kantoorruimte met nog drie professoren, drie andere assistenten, iemand die data invoerde, en professor X. Die middag lunchte ze met professor X in een van de brasserieën naast de universiteitscampus, een simpele zaak die je waar voor je geld gaf. De professor vertelde en vertelde, prikkend in de smeuïge geitenkaas op zijn bord, diepte anekdotes op over de schrijver. Na de lunch wandelden ze terug, door de donkere gang met vuil, grijsgroen tapijt naar het kantoor. Als bij toeval was daar niemand. Dat verbaasde haar, want de jongen van de databank lunchte meestal achter zijn computerscherm, een logge, vergeelde desktop. De professor sloot de deur. In haar herinnering draaide hij die deur op slot en verstijfde ze. En toen die droge lippen, dat uitgedroogde, schurende gezicht. Het uitkleden en betasten. Dat schurende lijf. De appel op het bureau van de jongen die de databank bijhield. Bevrijdend gerammel aan de deurklink.
Het bevrijdende moment voor haar, al had het eerder gemogen, was het verkeerde moment voor de professor. De deur ging open en ze was verbaasd dat achter die deur alles gewoon verder ging, dat de kopieermachine ratelde, hoestte en zoals altijd meteen weer blokkeerde, dat de mannelijke assistent van de professor binnenkwam en een vraag stelde over het college van die middag, dat de professor de draad weer oppikte en antwoord gaf. Alsof er een scène uit een film was geknipt en zij was de enige die het opmerkte.
Er was dus niets gebeurd. Een freeze. Ze had hem niet eens weggeduwd.
Aan de universiteiten - net zoals in filmstudio's, sportscholen of zoveel andere plekken - is de techniek van de ruilhandel vaak gebruikt.
Ze dacht eerst dat ze een baan kreeg op basis van een intellectuele prestatie. Inhoudelijk viel het werk haar vrij snel tegen. Maar de grootste deuk in haar zelfvertrouwen was dat ze werd teruggefloten. Officieel was ze doctoraatsstudente van de professor maar blijkbaar wilde meneer de professor een traditionele sidekick aan zijn zijde, een assistente with benefits. Had de professor haar stomweg binnengehaald met die verborgen agenda? Het was vernederend om als vrouw met een intellect toch weer gereduceerd te worden tot een lichaam.
Ze weigerde de rol van assistente with benefits, maar niet zonder angst en niet zonder eerst de schuld van de professor weg te halen en bij zichzelf te leggen. Was ze dan zelf zo onkreukbaar? En ze was toch meegegaan in het hele verhaal? Ze had toch veel eerder kunnen aangeven dat ze niets van zijn avances wilde weten? Daar lag haar fout. Hij had al een heel scenario opgebouwd, zij had haar rol geacteerd en haakte dan opeens af. Pech voor hem. Toch niet zo erg voor haar. Passons.
Na een lange afwezigheid, met ziektebriefjes, ging ze op een ochtend terug naar de universiteit. Er werden papieren ondertekend, ze kon gaan. Die glorieuze fietsrit lang, wegwaaiend van die universiteit, voelde ze de vrijheid door haar hele lijf stromen. Omdat de professor haar bevrijd had uit de gevangenis die hij eerst zelf voor haar gemaakt had, alles welbeschouwd.
Later heeft ze eens publiekelijk zijn academische competentie in twijfel getrokken. Over de rest repte ze met geen woord. Ze legde zichzelf die stilte op om haar verhaal niet weer te reduceren tot een verhaal over een lichaam.
***
'Eeuwenlang hebben vrouwen gediend als een vergrootglas dat de kracht had om mannen twee keer groter te laten lijken dan ze waren', schreef de scherpzinnige Virginia Woolf in 1929, bijna een eeuw geleden. Ze krijgt vandaag nog veel te vaak gelijk.
De #MeToo-dominosteentjes blijven vallen. Er zijn zoveel domeinen van het maatschappelijk leven waar mannen hun machtspositie gebruikt hebben om grenzen te overschrijden.
Het was vernederend om als vrouw met een intellect toch weer gereduceerd te worden tot een lichaam.
Als er één domein is waar macht en status een grote rol spelen, is het wel de academische wereld. Aanvankelijk was de universiteit, de schoot van alle kennis, verboden terrein voor vrouwen. In 1880 ging de eerste vrouw aan de Vrije Universiteit Brussel studeren. Vrouwen bleven heel lang rariteiten, als student en zeker als assistent. Ofwel waren ze onomstotelijk genieën, zoals Marie Curie, ofwel intelligente handpoppen, verstandige en toch vooral gedweeë en het liefst mooie meisjes, om de heren academici bij te staan en op de meest uiteenlopende manieren te ondersteunen. Op hun beurt konden de vrouwen het privilege genieten om kennis uit mannenmonden te aanhoren. Goeie deal, voor wat hoort wat. Kennis in ruil voor schoonheid en erotiek.
***
De Vlaamse academische wereld kent traditiegetrouw een vrij hiërarchische opbouw.
Toen ik ging studeren, hadden studenten ontzag voor de 'heren professoren' en, in de softe letteren, ook voor die paar vrouwelijke professoren (twee). Onder de studentes in mijn jaar deden verhalen de ronde over het gedrag van sommige proffen, over onschuldige knipogen, voorkeuren voor blondines en onderbroeken in een bureaulade. Een vriendin die haar thesis bij professor A schreef, kreeg bij iedere bespreking van een hoofdstuk een pseudoliterair compliment van haar promotor. Hilarisch vonden we frases als: 'Jij wandelt niet, jij schrijdt' of 'Jij bent een lentewind'. Of hij sloot de zonneblinden suggestief, schoof wat dichterbij en zei met een knipoog: 'Zo hebben we meer privacy.' Na iedere afspraak kon de studente een nieuwe anekdote in de groep gooien. Professor A speelde zijn rol van viespeuk overtuigend en werd door de studentes ook zo bekeken. We vonden hem even weerzinwekkend als grappig. Gek genoeg stelden we het gedrag niet ter discussie. Zo ging dat nu eenmaal. Onze vrouwelijke solidariteit ging niet verder dan samen schamper lachen. Achteraf gezien toch verbazingwekkend hoe wij dat aanvaardden, ook al walgden we ervan. Omdat ook wij het script volgden en dachten dat het deel uitmaakte van het academische wereldje waar we nu even van proefden?
Jaren later is professor A eerst gedegradeerd, dan veroordeeld voor verkrachting.
***
'Ik wilde hem niet kwaad maken.' Het is een zinnetje dat steeds terugkeert in de #MeToo-verhalen, of het nu gaat om een mannenhand die ongewenst op een vrouwenheup is beland of om een verkrachting. De angst voor de woede van een man in een machtspositie, de angst om hem af te wijzen, nee te zeggen, hem te frustreren, teleur te stellen, te krenken, fysiek uit te dagen, te kwetsen, iets te ontzeggen. De angst om hem nadien het leven moeilijk te maken, te hinderen, te belasteren, te beschuldigen, overstuur te maken. De angst voor repercussies.
Die angst is geen persoonlijk gevoel maar een geïnstitutionaliseerd aanvoelen van dreiging. Volgzaamheid is voor een meisje eeuwenlang een must geweest, een positieve eigenschap, iets wat je liet toetreden tot de cirkel van de vrouwen die meespeelden omdat ze hun plaats kenden in de maatschappij. Het is de angst voor de overmacht en de eigen onmacht. Al die vrouwelijke kafka's die gedoemd waren verloren te lopen in het systeem met al zijn ondoorgrondelijke strafregels als ze niet blindelings gehoorzaamden. En zelfs als ze in de pas liepen, kon het nog op ieder moment fout lopen.
'We hebben allemaal en levenslang het fijnstof ingeademd van de sociale discriminatie die ons omringt, en waar we blijkbaar deel van uitmaken', schrijft socioloog Abraham de Swaan, door Marja Pruis geciteerd in haar sterke essay over vrouwenhaat in De Groene Amsterdammer. Het mannelijke eergevoel heeft zich zo goed kunnen ontwikkelen ten koste van vrouwen.
'Ik wilde hem niet kwaad maken.' Het is een zinnetje dat steeds terugkeert in de #MeToo-verhalen.
Ik krijg een aangetekende brief onder ogen. Ik ken de irrationele angst waar zo'n dreigbrief op inspeelt: dat je ergens schuldig bent en dat alles tegen jou kan en zal gebruikt worden. In je hok, terug naar af, passeer langs de start zonder je mond open te doen en dan komt alles goed. Je bent ongeloofwaardig. Je moet zwijgen. Je bent een vrouwenlichaam.
***
In mijn tekst vermijd ik namen en herkenbare details, om privacyredenen én uit angst voor repercussies.
***
Een kleine rondvraag bij een paar academicae anno 2019 levert verrassend genoeg niet veel nieuws op. De vrouwen, wier namen ik niet vermeld, komen meteen met voorbeelden van banaal seksisme. Een intelligente vrouw in de academische wereld is nog te vaak eerst een lichaam en dan pas een intellect. Vooral in situaties waarin mannen hun positie bedreigd zien. Gek hoe de natuur vrouwen met opvallend veel eigenschappen heeft toebedeeld die allemaal in het voordeel van de man spelen.
Vrouwen zouden minder leiderscapaciteiten hebben. Dat komt door 'een gebrek aan gravitas'. 'Gravitas' is een rijkelijk vage term die misschien wil uitdrukken dat je als vrouw je plaats moet kennen, wat misschien betekent dat je als vrouw niet in een traditie van grote, leidinggevende academici staat en je dus vooral niet moet denken dat je zomaar in hun voetsporen kunt treden. Vrouwen zijn van nature oppervlakkig. En oppervlakkigheid rijmt niet op leiderschap.
Bij een sollicitatie zegt een mannelijke professor met kinderen dat een academische carrière voor een vrouw met kind eigenlijk niet te doen is. Vrouwen zijn van nature zorgende wezens.
Nog vaak is de aanname dat de vrouwelijke assistent de koffie haalt en de fotokopieën maakt. Vrouwen zijn van nature koffiemachines en kopieermachines.
***
Ik zou mezelf echt geen mannenexpert durven te noemen. Toch kunnen vrouwen, ook ik, zich doorgaans maar al te goed een beeld vormen van de tere plekjes en gekwetste gevoelens van een man. Alsof vrouwen, weer van nature, een aangeboren talent voor empathie zouden hebben. Bij mannen lijkt dat veel minder het geval. Een deel van het hele probleem dat de #MeToo-beweging naar voren schoof, is net dat mannen geen vragen hebben gehad bij veel van hun grensoverschrijdend gedrag omdat ze niet stilstaan bij de vrouwelijke ervaring. Wat vrouwen voelen, is hun grote blinde vlek. Dat heeft veel voordelen. Zolang alles vertrekt vanuit de mannelijke subjectiviteit, is er geen enkel probleem, behalve wanneer het mannelijke ego gekrenkt wordt of tekort gedaan. De trots van een man parasiteerde eeuwenlang op vrouwenhaat.
***
Ga je in de letteren op zoek naar de mannelijke auteurs die zich ingeleefd hebben in de rol van de vrouw die betast wordt, dan gaat het licht uit. Jawel, er zullen wel voorbeelden te vinden zijn. Lichtpuntjes. Net zoals er voorbeelden te vinden zijn van mannen die seksueel lastiggevallen zijn door vrouwen op het werk of van honingbijen die allergisch aan honing zijn. Maar ik heb het over het numerieke overwicht, over structuren en rollen. Over het dominante verhaal. Fictie bestaat bij de gratie van herkenbaarheid. In de literaire canon is de meerderheid van de verhalen vanuit een mannelijk standpunt geschreven, door mannen.
Blijkbaar wilde meneer de professor een traditionele sidekick aan zijn zijde, een assistente 'with benefits'.
Literatuur treft geen schuld, wat mij betreft. De letters van het alfabet zijn onschuldig, de zinnen die aaneengeregen worden ook. Maker en kunstwerk moet je los van elkaar beschouwen. Regisseur Roman Polanski, beschuldigd van verkrachting, maakte met Rosemary's Baby net een aangrijpende film over de zwijgcultuur rond verkrachting, en omgekeerd heeft de schrijver van het pedofiele meesterwerk Lolita, Vladimir Nabokov, zelf nooit veel te minderjarige meisjes in zijn bed gelokt.
***
Het is moeilijk te bepalen waar persoonlijke schuld begint als je opgroeit en gedijt in een context die het je toestaat om te flirten met de grenzen. Tenzij je een oppermachtig en gewetenloos weinsteinmonster bent dat boven alles staat. De meeste overtreders bewijzen wel dat ze geen autonoom denkende wezens zijn maar dat ze het nodig hebben om zich te identificeren met een voorgeschreven rol. Het is een teken van zwakte dat je je legitimatie zoekt in wat je voorafging en je omringt. Vele mannen die niet boven aan de machtsladder staan, hebben zich gespiegeld aan een bepaald imago en konden hun rol spelen omdat hun omgeving hen de hand boven het hoofd hield. Essayiste Rebecca Solnit schrijft naar aanleiding van het geval Jeffrey Epstein over de bescherming die de samenleving b-figuren geeft: 'Het zijn de secundaire types die er het meest toe lijken te doen... Hun straffeloosheid is niet inherent. Ze is iets wat de samenleving hun geeft - en hun kan afnemen.'
***
Schrijver Lionel Shriver, niet vies van wat controverse en dwarsigheid, liet zich in de Britse krant The Independent kritisch uit over de hele #MeToo-beweging. Ze vond dat ze te ver aan het doorslaan was, dat het tijd was om verder te gaan in plaats van te verdrinken in die vloedgolf aan getuigenissen. Volgens mij is het net belangrijk om zo veel mogelijk vrouwen een stem te geven, met allemaal een ander verhaal, maar met steeds terugkerende elementen die net aantonen hoe diepgeworteld, wereldwijd en structureel het probleem van het grensoverschrijdende gedrag van mannen is. Toch kan ik Lionel Shriver volgen als ze zegt: 'Ik wil niet dat jonge vrouwen hun gevoel voor macht in hun zwakte, in hun kwetsbaarheid zoeken.'
Vrouwen hebben het helemaal niet nodig om te blijven hangen in een verhaal dat hun zwakte en slachtofferschap beklemtoont. Maar ze moeten wel eerst gehoord worden. Vrouwen kunnen uit de fantasie van mannen wegstappen en hun eigen verbeelding daartegenover stellen, zodat ze zich niet langer laten reduceren tot lichamen, of alleen als ze dat zelf willen.
Ik schreef vanuit het perspectief van de agressor. Ik deed dat omdat ik een schrijver ben en je je als schrijver net in andere standpunten moet kunnen inleven. Maar ik deed het ook om een grens over te gaan, de controle te nemen en me de stem van professor X toe te eigenen. Te fictionaliseren.
Zo helpt literatuur. Als poging om iets te begrijpen, je iets toe te eigenen én grenzen te overschrijden. Daar wel.
Disclaimer: dit gefictionaliseerde verhaal is gebaseerd op mijn eigen ervaringen en die van anderen.
The wonderful music of the Arabian Dance; part of the Nutcracker from Tsjaikovski with the hypnotic and graceful movements of the dancer Ekaterina Kondaurova as a snake.
10 minutes ago a melody 'popped up' in my mind, didn't remember where I heard it before, when the thought 'Sense 8' popped up, the Netflix series I watched more than a year ago, where 8 people from all over the world are interconnected by mind....😉
Listening to these dreamy, 'mystical', 'magical' tones (some remote association with the sounds of a language I heard not so long ago; don't know what language exactly; Enochian?)
a link with examples of the pronunciation of 'Angelic language': Enochian (?)
(personal preference of colors: green tones; green-blue, jade -green; grey-green, olive-green; apple- green blue-tones: grey-blue, blue-green, bright blue etc; some tones of purple; mauve, dusty pink; some tones of grey; mouse-grey; some tones of brown; yellowish-brown; mokka-brown; grey-brown, beige-grey; bright orange)
Zojuist nog even Gotpsi testen geprobeerd, na vele maanden , met een pauze ertussen.
In het begin ging dit goed , maar er werd kwaad 'Klotewijf' via gedachten-transmissie gecommuniceerd, daar waar er vrijwel geen sprake meer is van gedachtencommunicatie de laatste maanden.
(Ach ja, na de 1ste 3 testen , meer dan een jaar geleden , waarbij ik 3x als eerste , totaal onverwacht, eindigde., werden de bedreigende woorden van de mindhacker 'telepathisch' gecommuniceerd: Blijf weg van die pagina!)
Bij de 2de test, 5 minuten later was er sprake van een 'hit' en stagneerde de pagina: de volgende reeks verscheen niet. Vervolgens een nieuwe test begonnen, weer bij de eerste reeks een hit; opnieuw stagnatie, waar normaal meteen de volgende reeks kaarten verschijnt ????? Weer opnieuw begonnen, totaal uit m'n concentratie...
During all this time; during the tests, the typing of this text, several lightbulbs above the table where I'm sitting are constantly dimming and lightening up.
Vaak interessante afleveringen op vrt radio 1; het programma #Weetikveel met Ilse Kobe.
tussen 12.oo en 13.00 uur. ( helaas mis ik het vaak en kom ik er niet toe om de herhaling te beluisteren.)
Vandaag: geuren.
Rudi D'Hooge van het Laboratorium voor Biologische Psychologie van het KU Leuven legt uit.
Vraag die relevant is voor mijzelf: wat als er een 'verbinding op afstand' met personen is ontstaan en je mogelijk ( via het specifieke gedeelte in je hersenen) kunt 'ruiken' wat de ander ruikt... ( kan behoorlijk stinken...🤔..).
Persoonlijk spreekt het onderwerp mij erg aan , met name de biologische , neuro-wetenschappelijke uitleg
(hoe 'exacter' een wetenschap, beter meetbaar, des te minder vatbaar voor verschillende interpretaties; en daarmee 'zuiverder', 'Psychologie' roept bij mij altijd enige weerstand op, gezien de verschillende interpretaties, theorieën die vaak aan veranderingen en nieuwe inzichten onderhevig zijn gebleken door de jaren heen).
Hieronder de brief (in Nederlands) die ik vond op het internet.
11 februari 2006
Beste lezer,
Ik ben een vrijmetselaar (macon) met een hoge rang. Uitgezonderd de cosmetische randactiviteiten van de vrijmetselarij, is het ons verboden over al datgene te praten, wat wij bespreken, besluiten en doen. (...) Derhalve ben ik gedwongen het onderstaande anoniem met u te delen.
De vrijmetselarij is een wereldwijde organisatie. De belangrijkste componenten van onze organisatie zijn de Rotary en de Lions.Officieel houdt de vrijmetselarij zich in het kort bezig met individuele zelfontplooiing en liefdadigheidsacties. Veel mensen worden echter een vrijmetselaar omdat zij hopen carrière te maken door gebruik te kunnen maken van het krachtige maconnieke netwerk.
Echter de organisatie en de mensen achter de vrijmetselarij hebben ook een eigen (verborgen) doelstelling, zoveel mogelijk macht bezitten en uitoefenen. Daarom kan niet iedereen een vrijmetselaar worden. De maconnieke wereld is alleen geinteresseerd in talentvolle mensen die in hun vakgebied grote prestaties (kunnen) leveren. Hoe meer mensen met een maatschappelijke hoge positie lid zijn, des te groter de macht van de vrijmetselarij is.
Over de gehele wereld is de vrijmetselarij goed vertegenwoordigd in de media, de ambtenarij, de politiek, de ministeries van jusititie, de grote concerns, de financiële instellingen, de religieuze en spirituele bewegingen, de politie, het leger en de verschillende geheime diensten.Vooral de media zijn voor ons van cruciaal belang. Het bovenvermelde wil niet zeggen dat de meeste mensen in die organisaties vrijmetselaars zijn. Maar de sleutelposities zijn wel in handen van vrijmetselaren, waardoor wij die organisaties controleren. Zoveel mogelijk macht, met liefst zo min mogelijk mensen is daarbij ons devies.
Veel mensen bij die organisaties, en zelfs bij de vrijmetselarij zijn zich niet eens bewust van het feit dat zij slechts instrumenten zijn, die onze doelen dienen. Ook in Nederland heeft de maconnieke orde veel macht. Belangrijke besluiten worden door ons genomen. In de hierboven genoemde organisaties en instellingen worden onze beslissingen slechts bekrachtigd. Geen enkel, voor ons belangrijk besluit kan worden genomen en uitgevoerd zonder onze goedkeuring.
Bij belangrijke beslissingen gaan wij als volgt te werk: Allereerst wordt er door ons een beslissing genomen. Vervolgens wordt er een probleem/situatie gecreëerd waarvoor wij de oplossing (lees: de reeds genomen beslissing) al hebben. * De media en/of de "onafhankelijke" organisatie(s) attenderen de samenleving dan op het "grote" probleem en vragen de betrokken instanties om met oplossingen te komen. Dan wordt de beslissing die wij reeds genomen hebben, ook officieel door die "onafhankelijke" instanties genomen.
De Nederlandse vrijmetselarij heeft een vooraanstaande rol in de wereld.(...) Zonder overdrijven, en met een gemengd gevoel van trots en schaamte, kan ik u zeggen dat wij de ware heersers zijn van de wereld. Maar de vrijmetselarij wil de totale macht. Een belangrijk obstakel daarbij is het feit dat er veel landen zijn.
Dit betekent ook dat er veel landen gecontroleerd moeten worden.Daarom wil de vrijmetselarij dat de landen zich heel geleidelijk aan, zonder dat de burgers het beseffen, verenigen in federaties waarbij veel bevoegdheden worden overgedragen aan een liefst niet (rechtsstreeks) door de burgers gekozen orgaan van de federatie. In de EU is dit de Europese Commissie. Het zal u niet verbazen dat veel commissieleden, zoals de heer Bolkenstein die voor zijn diensten door ons met deze functie beloond is, heel goed naar ons luisteren.
Op de lange duur moeten de verschillende federaties samensmelten tot één unie die wij achter de coulissen zullen besturen. Bestuur de bestuurders. Om dit doel te bereiken hanteren wij verschillende middelen en tactieken. Een belangrijke tactiek is het op verschillende niveaus tegen elkaar opzetten en uitspelen van mensen en groeperingen. Verdeel en heers is onze strategie.
Zo kan de vrijmetselarij achter de schermen, het meeste invloed uitoefenen. Indien er geen tegenstellingen of tegen elkaar staande groeperingen zijn, worden er tegenstellingen en vijanden gecreëerd. Zo laten wij bijvoorbeeld veel linkse organisaties geloven dat de armoede in de wereld ontstaat doordat, niet wij, maar multinationals de wereld globaliseren. Indien manipulatie door de media niet voldoende bleek te zijn, hebben we niet geschuwd daden tegen een groep te verrichten en dit vervolgens door een andere groepering te laten opeisen. Waar wij vooral beducht voor zijn, zijn sterke groeperingen of partijen. Indien een partij of groepering te sterk wordt, wordt die groepering verzwakt en worden de anderen ondersteund.
De ontwikkelingslanden worden in onze strategie opzettelijk arm gehouden. Dit doen wij voornamelijk met de IMF en de door ons neergezette regeringsleiders. Indien een land of gebied toch te sterk dreigt te worden zorgen wij voor conflicten en onrusten. Vooral in de arme gebieden in de wereld zijn er vele regeringen en staten gekomen en gegaan. Maar veel is er niet veranderd, en zolang de vrijmetselarij dat niet wil, zal eer ook niks veranderen.
Begin jaren 90 kozen wij een nieuwe vijand waarvan wij dachten dat het voor onze doeleinden het grootste obstakel zou zijn.Met alle mogelijke middelen bestrijden wij deze beweging. Wij laten zelfs een land als proefobject fungeren. Niet zelden gaan wij met onze tegenstanders mee om ze zodoende in een door ons gewenste richting te duwen. Zo richten wij m.b.v. de inlichtingendiensten zelf ook verwante groeperingen van deze beweging op en laten wij deze groepering allerlei handelingen verrichten. Ook heeft de vrijmetselarij in deze beweging leden. Wij vernietigen vaak onze tegenstanders van binnenuit. Wat er in de beginjaren 90 zich in de wereld heeft afgespeeld, en wat de toestand van de vijand is, zal u snel duidelijk worden als u alles vanuit een vogelperspectief bekijkt. Wij werken ook soms met individuen samen, totdat wij ze niet meer kunnen gebruiken. **In het verleden hebben we bijvoorbeeld in Chili Pinochet gebruikt. (...)
Een grote hindernis is voor ons het internet.Door de opkomst van internet verloren de traditionele media, en daarmee de gevestigde orde, macht. (...) Internet ondersteunt democratie, terwijl wij eigenlijk geen democratie willen hebben. (...) Veel grote hacks en dos-aanvallen zijn met onze instemming gepleegd. Wij creëerden met onze media een gevoel dat internet onveilig en gevaarlijk is, en dat internet vooral gebruikt wordt door criminelen, zedendelinquenten en terroristen. Tevens hadden wij hiermee een argument om controle op en over internet uit te oefenen. Ook zorgden wij ervoor dat er op lokaal en internationaal niveau, veel wetgeving kwam die de vrijheden van internetters beperkte.
Toen wij de macht uit handen wilden nemen van bestaande machthebbers, hebben wij de mensen van bestaande machtsblokken losgeweekt met het individualisme. Nu wij de macht hebben, is het individualisme een gevaar voor ons. Mede om die reden worden de rechten van de (individuele) burgers beperkt en zaaien we angst onder de bevolking om zodoende ook groepssaamhorigheid en gehoorzaamheid te krijgen.
U begrijpt dat we een belangrijke periode in de wereldgeschiedenis in gaan. Ik ben ervan overtuigd dat u nu de wereld door een andere bril zult bekijken en dat u de gebeurtenissen on u heen beter zal kunnen doorgronden. Als een vrijmetselaar die u kent, het bovenstaande niet kan onderschrijven, kunt u hem/haar op zijn/haar woord geloven. Zij weten niet beter.Door de organisatiestructuur van de vrijmetselarij zijn alleen de hoogste rangen van deze feiten op de hoogte.
Het woord 'wij' en 'ons' heb ik taalkundig gebruikt om het een en ander aan u duidelijk te maken en niet omdat ik trots ben macon te zijn. Ik vraag u allen om vergiffenis voor mijn bijdrage aan dit geheel. Voor een mooiere wereld.
Anonieme vrijmetselaar.
(was niet ondertekend)
===================
Ook een kritisch essay geschreven in 2017 door Joël Ceulaer ( krant De Morgen) mede aangaande het ontbreken van transparantie , de vragen die dit oproept; de tegenstrijdigheden in de praktijk ( politiek, positieve discriminatie etc.)
✦Essay
Waarom vrijmetselaars eindelijk uit de kast moeten komen
De UGent daverde vorige week een beetje op haar grondvesten, nadat deze krant aan het licht bracht dat een groep in de loge een onfrisse rol speelt in de aanloop naar de rectorverkiezing. Veel vrijmetselaars zijn nu boos. Niet op hun broeders, maar op de pers. Ten onrechte. De loge moet dringend eerst voor eigen deur vegen.
Beeld RV
Eind juni vorig jaar had ik een bijzonder boze vrouw aan de lijn. Ze had mijn nummer gekregen van een gemeenschappelijke vriendin en belde mij om te zeggen dat ik op haar ziel had getrapt. De vrouw was, net zoals haar overleden man dat een groot deel van zijn leven was geweest, vrijmetselaar. Ze nam aanstoot aan een nogal scherp opiniestuk dat ik had geschreven over Daniël Termont in volle Optima-crisis. De Gentse burgemeester had openheid beloofd over zijn contacten met Optima-baas Jeroen Piqueur, en dus vroeg ik hem of hij dan ook ineens de waarheid wilde vertellen over de loge.
Het is een publiek geheim dat zowel Termont als zijn toenmalige kroonprins Tom Balthazar vrijmetselaar is, maar geen van beiden komt daar openlijk voor uit. En dat vind ik in deze tijden van transparantie eigenlijk niet meer te verantwoorden. Toch niet voor politici, magistraten en journalisten – de mensen die de vier machten in de democratie bemannen.
Met dat opiniestuk, vond de boze vrouw aan de telefoon, had ik de reputatie van de loge nog maar eens bezwadderd. Ik had de suggestie gewekt dat vrijmetselaars sjoemelaars zijn, die in het geniep van alles bekokstoven dat het daglicht niet kan verdragen. Terwijl het, zo drukte ze mij kordaat op het hart, rechtschapen mensen zijn die elkaar regelmatig en discreet ontmoeten om zichzelf en de wereld te verbeteren.
Ook oud-journalist Tessa Vermeiren, die al vaak openlijk over haar lidmaatschap van de loge heeft gesproken, was die week boos op mij – en nu nog altijd wellicht. Toen ik haar enige tijd na mijn opiniestuk belde voor een interview, maakte ze duidelijk dat ze niet meer met mij wil praten, hoewel ze mij vroeger altijd graag hielp als ik een artikel over de loge schreef. Ik had, zo lieten ook andere vrijmetselaars met wie ik een goed contact heb mij weten, het vertrouwen beschaamd. Sommigen onder hen lieten dat ook aan mijn hoofdredactie verstaan, wellicht in de hoop dat die mij zou tegenhouden als ik nog eens iets kritisch over de loge zou willen schrijven.
Deze week namen vele vrijmetselaars De Morgen opnieuw onder vuur. Niet omwille van een marginaal opiniestukje, maar na gedegen journalistiek onderzoek van mijn collega’s Remy Amkreutz en Yannick Verberckmoes. Zij brachten aan het licht dat Anne De Paepe, rector van de UGent, door een groep in de loge onder druk is gezet om zich niet opnieuw kandidaat te stellen voor die functie. Een onfris verhaal dat formeel is bevestigd, zowel door De Paepe zelf als door Yannick De Clercq, vrijmetselaar en regeringscommissaris bij de UGent. De Paepe behoort tot de katholieke flank van de UGent, en naar verluidt is het van oudsher de gewoonte dat een katholiek wordt afgelost door een vrijmetselaar.
Dat onze verslaggeving veel vrijmetselaars irriteert, is begrijpelijk. Het is niet prettig als je op negatieve wijze in het nieuws komt. Maar de irritatie is ook misplaatst. Nieuws is nieuws. Intimidatie is intimidatie. En als De Morgen schrijft dat het om “een groep in de loge” gaat, dan wijst dat op zorgvuldigheid en precisie, niet op complotdenken, zoals het klassieke verwijt deze week uit vele kelen weerklonk. Nee, vrijmetselaars smeden géén groot complot om de wereld te ontwrichten of domineren. Maar ja, de vrijmetselarij zit wél met een paar grote problemen. Er is, kortom, goed nieuws en slecht nieuws.
BUITENGEWONE VRIENDSCHAP
Laten we met het goede nieuws beginnen. Met een verhaal dat zich ook in Gent afspeelt, een stad die verhoudinggewijs meer vrijmetselaars telt dan andere Vlaamse steden. Het is een verhaal dat iedereen kent, onder meer omdat het prachtig werd verfilmd door Nic Balthazar: in Tot altijd kon iedereen zien hoe wijlen Mario Verstraete, MS-patiënt en de eerste Belg die gebruikmaakte van de euthanasiewet, door zijn vrienden en vriendinnen totterdood wordt geholpen en gekoesterd en begeleid.
De film werd verkocht als een verhaal over buitengewone vriendschap. En dat is hij ook: wat de entourage van Verstraete deed, overstijgt de gewone vriendschap. En daar is een goede reden voor: die vrienden van Verstraete, onder wie Tom Balthazar, de broer van de regisseur, waren geen gewone vrienden, het waren broeders en zusters uit de loge.
Mario Verstraete was lid van werkplaats Bevrijding, een van de grootste loges van Gent, waar behalve Termont en Balthazar ook niemand minder dan Siegfried Bracke werd ingewijd – maar daarover straks meer.
Vrijmetselaars gaan voor elkaar door het vuur, zoals Tot altijdbewijst, en dat is mooi, dat is verheven, dat is ontroerend. Net daarom is het zo vreemd dat in die hele film, en in het bijbehorende boek, met geen woord over de vrijmetselarij wordt gerept. Regisseur Nic Balthazar, zelf geen vrijmetselaar, wilde naar eigen zeggen niet dat het een film over de loge zou worden, en dat begrijp ik wel. Toch was dat een gemiste kans voor Vlaamse vrijmetselaars om ook eens op een positieve manier in de aandacht te komen. Die film had een kantelpunt kunnen zijn in de beeldvorming.
Even onbegrijpelijk vind ik het dat heel wat rechtschapen burgers, mensen die bij vriend en vijand in hoog aanzien staan, hun lidmaatschap van de loge geheim houden. Ik zal geen namen noemen, maar ik ken onder meer een hoge ambtenaar, een oud-politica en een vooraanstaand collega-journalist die de vrijmetselarij een dienst zouden bewijzen als ze hun coming-out zouden doen – wat ik een van hen al vaak heb voorgesteld, maar zonder succes. Als mooie verhalen verborgen blijven, integere vrijmetselaars in de kast blijven zitten en alleen de schandalen het nieuws halen, dan mag je niet verbaasd zijn dat je met een imagoprobleempje worstelt. Dan heb je dat vooral aan jezelf te danken.
Het is een klassieke catch 22. Omdat de loge bij velen slecht aangeschreven staat, willen veel integere mensen geen coming-out doen. Maar zolang niet meer integere mensen een coming-out doen, zal de loge bij velen slecht aangeschreven staan. Zo blijven we bezig.
Merkwaardig genoeg heeft Herman Balthazar, vader van Tom en Nic, zelf bewezen dat het anders kan. Vader Balthazar heeft nooit een geheim gemaakt van zijn lidmaatschap. En zowel binnen als buiten de werkplaats stond en staat hij bekend als een onkreukbaar man. Het verhaal wil dat als broeders hem tijdens vergaderingen briefjes gaven met de vraag om hen een dienst te bewijzen, hij die briefjes bij het verlaten van de vergadering altijd ostentatief verscheurde en in de vuilnisemmer wierp.
GEEN CENTRAAL GEZAG
Die complotten dan. Een groot complot is er niet. Daartoe is de loge simpelweg niet in staat. Er zijn honderden werkplaatsen, verschillende koepelverenigingen (zogenaamde obediënties) en vrijmetselaars zijn zeer gesteld op de individuele zelfbeschikking. Er is geen centraal gezag, dus een groot complot smeden is fysiek onmogelijk. Dat er op kleine schaal uiteraard wél gecomplotteerd kan worden, bewijzen de recente verhalen over de UGent, maar een centraal geleide machtsmachine is de loge zeker niet.
Toen wijlen Leo Apostel, befaamd Gents vrijmetselaar en filosoof, in de jaren tachtig wilde dat alle loges een gezamenlijk standpunt zouden innemen tegen de plaatsing van kernraketten in ons land, kreeg hij nul op het rekest. Dé loge bestaat niet, en kan dus geen standpunt innemen. Iedere vrijmetselaar moet dat voor zich doen. Dat een aantal Europese obediënties tijdens de vluchtelingencrisis met een gezamenlijke brief aan de Europese Unie aandrongen op een humane aanpak, was behoorlijk ongebruikelijk. In Frankrijk gaf de vrijmetselarij deze week het advies om zeker niet voor Marine Le Pen te stemmen, maar dat past beter bij de officiële lijn: als kosmopolieten zijn ook in ons land de meeste vrijmetselaars altijd felle tegenstanders geweest van extreemrechts.
Ook andere politieke thema’s worden in Belgische werkplaatsen druk besproken. Zo is de euthanasiewetgeving van tevoren onder vrijmetselaars uitvoerig doorgenomen. Het was wellicht geen toeval dat Mario Verstraete als eerste op ostentatieve wijze van die wet gebruikmaakte. Ook over andere thema’s – van de islam tot de hervorming van het onderwijs – worden in ’s lands loges elke week vele bouwstukken (vrijmetselaarsjargon voor lezingen) gehouden. De loge is bij uitstek een plek voor debat. Men kan er in alle vrijheid zijn mening uiten – immers: wat gezegd wordt in de loge, blijft in de loge.
De politieke dimensie is eigenlijk een afwijking, want het was nooit de bedoeling dat er in loges over wereldse twistpunten zou worden gepraat. Wel integendeel: toen de stichters van de loge op 24 juni 1717 samenkwamen in een Londense kroeg, was het net de bedoeling om niet langer over politiek en religie te praten. De eerste vrijmetselaars waren heren van stand die na eindeloze, bloedige godsdienstoorlogen en diepe politieke verdeeldheid een plek wilden waar ze elkaar als broeders zouden kunnen ontmoeten, ver weg van de wereldse conflicten. In de Angelsaksische wereld is dat nog altijd het geval. In de Verenigde Staten of het Verenigd Koninkrijk heeft de vrijmetselarij dan ook helemaal niet zo’n slechte reputatie als bij ons. Er is ook veel minder geheimdoenerij: wie bij de loge is, komt daar makkelijk voor uit.
In katholieke landen, waaronder Frankrijk en België, is de vrijmetselarij in de loop van de 19de eeuw ferm van het oorspronkelijke pad afgeweken. Omdat de paus leden van de loge in de ban sloeg, werden de meeste werkplaatsen van de weeromstuit oorden van vrijzinnig verzet, waar wél over godsdienst en politiek werd gepraat. En dat zijn ze vandaag nog altijd. Maar dat maakt van de zogenaamde irreguliere loges (die niet meer volgens de oorspronkelijke regels werken) wel uitzonderingen op internationaal niveau. In België zijn de overblijvende reguliere loges (die de Angelsaksische traditie wel trouw gebleven zijn) dan weer de uitzonderingen. De overgrote meerderheid van de Belgische loges is irregulier en dus vrijzinnig. Lees: antikatholiek, zoals het Gentse gevecht om het rectorschap eens te meer bevestigt.
VRAGEN OM PROBLEMEN
Tijd voor het slechte nieuws: de positieve discriminatie. Logebroeders en -zusters helpen elkaar niet alleen als ze in nood verkeren, zoals het verhaal van euthanasiepatiënt Mario Verstraete bewijst, maar ook als ze bijvoorbeeld een baantje zoeken. Dat zit zo: als u vrijmetselaar bent met een vacature in uw bedrijf en er blijven na de sollicitatieronde nog twee evenwaardige kandidaten over, dan bent u verplicht om voor uw broeder of zuster te kiezen. Dat hebt u namelijk plechtig beloofd bij uw inwijding.
“En wat is daar mis mee?”, vroeg de boze vrouw eind juni vorig jaar aan de telefoon. “Het is toch normaal dat je kiest voor iemand die dicht bij je staat. Zou u dat niet doen?”
“Wat zou u ervan denken”, vroeg ik haar, “als ik moest kiezen tussen een zwarte en een blanke kandidaat en voor de laatste koos omdat die het dichtste bij mij staat?”
“Dat zou racisme zijn”, zei de vrouw fel en beledigd. “Wat wij vrijmetselaars doen, heeft niets met racisme te maken.”
Ik geef toe dat mijn vergelijking scherp door de bocht ging, maar toch blijf ik erbij dat die positieve discriminatie niet deugt. Zeker in combinatie met de geheimhouding – wat ze zelf in de loge liever ‘discretie’ noemen – is dat gewoon vrágen om problemen. Een club met leden uit onder meer academische wereld, magistratuur, politiek en media, waar je een eed moet zweren om elkaar positief te discrimineren, zonder dat de buitenwereld daar ooit lucht van kan krijgen – zo’n club is anno 2017 totaal onhoudbaar. Het gegraai in intercommunales is klein bier in vergelijking met wat er allemaal mis kan gaan in een geheim genootschap dat aan het licht onttrokken is. Als politici hun mandaten moeten aangeven, waarom dan niet hun lidmaatschap van de loge?
Erevrederechter Jan Nolf pleit in zijn boek De kracht van rechtvaardigheid ook voor transparantie voor magistraten. “Waarom zou de gewone burger niet mogen weten dat Etienne De Groot, voorzitter van het Grondwettelijk Hof, lid is van de loge, net zoals rechter (en voormalig minister van Buitenlandse Zaken) Erik Derycke? Dat betekent niet dat besloten genootschappen en serviceclubs hun lijsten publiek moeten maken, wel dat wie lid wordt van de magistratuur daarover duidelijkheid moet scheppen omwille van de onderlinge dienstvaardigheid die hij of zij bij de aanvaarding van dat lidmaatschap beloofd heeft.”
Ik sluit mij aan bij Nolf. Die transparantie mag wat mij betreft ook gelden voor politici en journalisten. Bij iedereen die in deze democratie een rol speelt in de bewaking van het algemeen belang. Misschien moeten ook academici hun lidmaatschap aangeven: het kan maar helpen om taferelen zoals die aan de UGent te helpen voorkomen. Ik zou bij dezen dus nogmaals de oproep willen doen: logebroeders, maak u bekend. Beschouw het maar als een vorm van zelfbescherming tegen mogelijk gekonkelfoes.
En de nazi’s dan? Ja, de nazi’s. Het klopt dat die destijds vrijmetselaars oppakten en naar concentratiekampen stuurden. Maar als dat argument vandaag nog altijd geldig is, dan moeten ook andere groepen in de samenleving dringend in het verborgene gaan leven. Wat toch nogal belachelijk zou zijn.
‘DINGEN REGELEN’
Nogmaals, ten overvloede: nee, er bestaat zeker geen groot complot. De paarse regering was geen project dat volledig in de loge was bekokstoofd, want de leider van paars, Guy Verhofstadt, is geen broeder. De georganiseerde vrijzinnigheid in ons land valt ook niet samen met de vrijmetselarij, zodat we niet mogen zeggen dat pakweg de euthanasiewet volledig in de loge werd klaargestoomd – integendeel, filosoof Etienne Vermeersch, dé grote bezieler van die wet, is geen broeder.
De loge is geen almachtige machine, maar een genootschap dat nogal wat versplintering kent, en waar de onderlinge strijd soms groot is. Denk aan het verzet tegen iemand als Wim Van Rooy, die met zijn verregaande islamkritiek – volgens sommigen: moslimhaat – veel interne tegenstand heeft. Denk aan de Gentse strijd tussen Daniël Termont en Siegfried Bracke, die nota bene in dezelfde werkplaats werden ingewijd. Denk aan de felle opinies die Luc Van der Kelen, commentator bij Het Laatste Nieuws, ooit afvuurde op zijn broeder Karel De Gucht. Enzovoort, enzoverder.
En toch gebeuren er in de loge dingen die het daglicht wellicht maar moeilijk verdragen. Daar mogen we helaas van uitgaan, en daarom is transparantie nodig. Dat werd onlangs nog eens duidelijk gemaakt door een getuigenis van Stijn Meuris. In een interview met De Morgen vertelde die hoe wijlen Steve Stevaert ooit ’s avonds bij hem binnenviel met de vraag om lid te worden van de sp.a, en ineens ook van zijn vrijmetselaarsloge. “Dit heb ik nog nooit verteld”, zei Meuris. “Maar hoe Steve over die loge sprak, alsof het een detail was, die ‘introductie’, dat vond ik ongelooflijk. Ik citeer letterlijk: ‘Als ge dan eens iets aan de hand hebt, dan kunnen we dingen regelen.’ Ik kon alleen nog denken: drink uw cognac uit, hier eindigt het verhaal, Steve. Ik was er klaar mee.”
Tussen haakjes: Stevaert was ook de man die ooit een collega van mij afdreigde omdat die als eerste wilde schrijven dat de toenmalige sp.a-baas vrijmetselaar was. Toen ik Stevaert wat later dezelfde vraag stelde, liep hij rood aan van ingehouden boosheid en zei hij dat ik daar niets mee te maken had – precies wat Daniël Termont mij zei toen ik hem de vraag stelde, nota bene tijdens een dubbelinterview met Siegfried Bracke. Ik had ook aan Termont willen vragen of het waar is dat Bracke sinds zijn overstap naar het Vlaams-nationalisme niet meer echt welkom is in zijn oude werkplaats, en of dat een extra dimensie geeft aan de politieke strijd die beide broeders nu voeren.
Maar zulke vragen worden dus niet op prijs gesteld. Wat uiteraard een reden te meer is om ze vooral te blijven herhalen. Wat zal het worden, beste vrijmetselaars: 19de-eeuwse geheimdoenerij of 21ste-eeuwse transparantie? Laat de discussie in de tempels maar een aanvang nemen.